Aantekeningen bij de Bijbel: Hosea 4:8

Hosea 4:8

SV	Zij eten de zonde Mijns volks, en verlangen, een ieder met zijn ziel, naar hun ongerechtigheid.
WLC	חַטַּ֥את עַמִּ֖י יֹאכֵ֑לוּ וְאֶל־עֲוֹנָ֖ם יִשְׂא֥וּ נַפְשֹֽׁו׃
Trans.	ḥaṭṭa’ṯ ‘ammî yō’ḵēlû wə’el-‘ăwōnām yiśə’û nafəšwō:

Algemeen

Zie ook: Ziel, Zonde

Zij eten de zonde Mijns volks, en verlangen, een ieder met zijn ziel, naar hun ongerechtigheid.

Zij, Namelijk de priesters die koning Jerobeam I uit elke stam en uit alle lagen van de bevolking van Israël had aangesteld (1 Kon. 12:31; 13:33).
Zij eten de zonde Mijns volks, Of "They feed on the sin offerings of my people" (NETBible). De Israëlische priesters voedden zich met de zondeoffers (cf. Lev. 4:3) die het volk naar hun heidense heiligdommen bracht. Maar aangezien deze offers aan afgoden waren, was het alsof de priesters zich werkelijk voedden met de zonden van het volk. De priesters verlangden naar deze offers, wat betekende dat ze wilden dat de mensen afgoderij zouden beoefenen, zodat ze meer offers zouden brengen (Constable's Notes) omdat het voor hen een verdienmodel was geworden (cf. Kanttekeningen; J. Ridderbos, p. 60). Zie ook 1 Samuel 2:22ev. waar de zonen van Eli hetzelfde deden.
en verlangen, een ieder met zijn ziel, naar hun ongerechtigheid, Of "hun begeerten verlangen naar hun ongerechtigheid". Want hoe meer er wordt gezondigd, hoe liever het hun is, daar het hun offervlees aanbrengt (J. Ridderbos, p. 60) en ze er dus beter van worden.